woensdag 30 oktober 2013

Verslag internationalisering

Eerste dag offerfeest

Op vrijdag 11 oktober ging ik op internationalisering naar Istanbul. In Istanbul heb ik veel meegemaakt. Ik heb mijn gastgezin ontmoet, waar ik een week verbleef. En ik heb verschillende plaatsen daar bezocht. Omdat ik daar met school was, zou ik eigenlijk projecten moet maken in de school van mijn uitwisselings maatje. Maar hun school was dicht omdat er die week offerfeest was. Ik heb dus alleen maar uitstapjes gedaan en ik heb natuurlijk ook het offerfeest meegemaakt door de hele dag met Berfin mee te gaan (Berfin is mijn uitwisselings maatje).

Dinsdag 15 oktober was het dan eindelijk zover: de eerste dag van het offerfeest. Deze dag hadden wij vrij van het programma en gingen wij met onze maatjes doorbrengen. Ik had al veel  verschillende dingen gehoord over het offerfeest: het bezoeken van familie, naar de moskee gaan, er helemaal niets meedoen en natuurlijk ook het slachten van een koe of een geit. De avond van tevoren was ik zo zenuwachtig dat ik maar gelijk gevraagd had wat we gingen doen en of we een dier zouden slachten. Ik had geluk. Mijn gastgezin kwam oorspronkelijk uit een ander deel van Turkije, wat ver weg ligt, en daar wonen nog steeds haar grootouders. Dus gingen ze daar het dier slachten, maar het was te ver om er naar toe te gaan, dus hoefde ik daar niet naar toe te gaan. Helemaal opgelucht ging ik slapen.

Mijn gastgezin gelooft in God/Allah, maar heeft verder niet veel met het geloof. Zelfs als ze dat waren, hoefde ik naar de moskee te gaan. Alleen mannen en jongens mogen daar naartoe tijdens het offerfeest. Anders mogen vrouwen er ook naartoe. Ik had dus heerlijk uitgeslapen tot 11 uur en werd toen zachtjes wakker gemaakt door mijn maatje. Na een uitgebreid ontbijt maakten wij ons klaar om naar haar grootmoeder, die wel in Istanbul woont, te gaan en daar de rest van haar familie te ontmoeten. Alweer werd ik zenuwachtig. Wat als haar grootmoeder heel streng is en ik iets fout doe? We gingen met de auto daarnaartoe en toen we er bijna waren, zaten we in een ouder en minder rijk gedeelte van Istanbul. Toevallig stonden we vast naast een autowasserette. Het was alleen zo dat het die dag geen autowasserette was, maar een “slachthuis”…

Een paar minuten later kwamen we bij haar grootmoeders flat aan. We moesten naar de 3e verdieping en we konden toen gelijk naar binnen (natuurlijk moet je wel eerst je schoenen uitdoen!). Het eerste wat ik zag waren vrouwen, heel veel vrouwen. Berfin stelde me aan ze voor: haar tantes. Iedereen gaf me de gebruikelijke twee zoenen op een wang en keek me enthousiast  aan terwijl ze vrolijk in het Turks brabbelen. Ook al kenden ze geen Engels en ontmoette ik ze pas voor de eerste keer, deden ze net alsof we familie waren. Uit Berfin’s vertaling kon ik begrijpen dat ze het geweldig vonden dat ik was gekomen. Daarna werd ik voorgesteld aan de hele familie, maar iedereen lachte en zeiden dat ze het leuk vonden dat ik er was. Ook haar grootmoeder.

In Nederland zijn veel mensen gastvrij, maar dat haalt het niet bij de Turkse gastvrijheid. Ze namen me mee naar de keuken en gaven me een zoete Turkse specialiteit. Toen kwamen een paar snacks zoals nootjes en nog een paar Turkse delicatessen. Ik vond het heerlijk en dat zei ik ook. Toen kreeg ik nog een hele maaltijd (ongeveer zo groot als een avondmaal). Na de maaltijd kreeg ik nog een toetje en ik zat propvol. Maar tegen de tijd dat ik klaar was, waren zij alweer bezig met het volgende gerecht. Gelukkig redde Berfin mij. We gingen met haar tante en nichtje winkelen. Na iedereen gedag gezegd te hebben en haar tantes bedankt te hebben voor het eten gingen we op weg naar een winkelcentrum bij de zee.

Na lange tijd door de stad te hebben gelopen en kleine straatjes met kraampjes te hebben bekeken, namen we een pauze bij een klein cafeetje. Voor de eerste keer in mijn leven had ik daar Turkse koffie op. Het is bitter en erg sterk. Als je niet uitkijkt dan zit je drab te drinken, maar ik vond het heerlijk. Later in de week hebben zij mij ook het recept meegegeven om het thuis te kunnen maken. Na nog een tijdje rond te hebben gewandeld zijn we om 7 uur bij de Burger King gaan eten. De Burger King op 5e en bovenste etage van een overdekt winkelcentrum. En om één of andere reden zat er een smalle gang naast de Burger King, die de ingang van een ziekenhuis was. Ik ben er gelukkig niet achter gekomen of het ziekenhuis daar zat door het eten van de Burger King.

Om 9 uur was er een voetbalwedstrijd Turkije-Nederland, die gingen we met alle Turkse en Nederlandse mensen kijken bij één van de Turkse mensen thuis. Het was zeer lach verwekkend om naar te kijken, want iedereen was zeer fanatiek. Allerlei weddenschappen werden afgesloten en bij elk doelpunt dat Nederland scoorde, werden de Nederlanders relaxter en de Turken verdrietiger. Uiteindelijk heeft Nederland met 2-0 gewonnen en moesten de Turken, vanwege een weddenschap, drop eten (geen enkele Turk lust drop).
Na de wedstrijd gingen we met een grote groep naar huis. Ik had nog 2 uur reistijd omdat ik zo ver weg was van Berfin’s huis. Om Iets na half 1 kwamen we bij Berfin thuis en we zijn maar gelijk naar bed gegaan want we waren doodop.

De rest van de week hebben we nog verschillende dingen gedaan en is de week ook voorbij gevlogen. Het afscheid werd voor sommige te veel en er waren dus veel rode oogjes op de allerlaatste groepsfoto. Na nog ongeveer 6 uur op het vliegveld te hebben gezet, het vliegtuig had nog een uur vertraging, kwamen wij om 1 uur  ’s nachts  in Nederland aan. Na nog  een paar uur reistijd lag ik uiteindelijk om half 4 in mijn bed.


In April komen alle Turkse studenten van het uitwisselingsproject naar Nederland voor een week. Ik kan echt niet wachten tot ze hier zijn en ik hoop dat ik ze kan verwelkomen met de zelfde gastvrijheid waarmee ze mij verwelkomden.

woensdag 25 september 2013

Reactie Forum

Goed Nederlands wordt bijna niet meer geleerd


Als reactie op "SCHOOL MOET ‘LEUK’ ZIJN, DUS HET BOEK IS UIT DE GRATIEdoor Martin Slagter, de Volkskrant, 22 maart 2012.



In dit artikel schrijft Martin Slagter meerdere dingen over het verslechterende Nederlands. Zoals: "Mensen, vooral jongeren, lezen steeds minder. Als oorzaak van de ‘ontlezing’ wordt vaak gewezen op het succes van de nieuwe media. Jongeren lezen geen boeken meer, omdat er zoveel concurrerende tijdsbestedingen zijn: radio, televisie, film, computer en internet." en "jongeren nauwelijks boeken of kranten lezen, is voor velen van hen geen vrije keus: het ontbreekt hun eenvoudig aan de vaardigheid om een literaire tekst of een journalistiek artikel op elementair niveau te begrijpen. Dat komt doordat zij veel te weinig les en training in schriftelijke taalvaardigheid hebben gehad."


Ik ben het hier niet mee eens. Het is natuurlijk waar dat er op sommige scholen dit echt gebeurt. Scholen zoals vmbo of mavo zullen inderdaad niet met veel literatuur in aanraking komen en door de media zoals twitter worden meer afkortingen gebruikt en dat zorgt ervoor dat we niet meer gewend zijn aan lange lieraire zinnen. Maar het is ook zo dat Nederlands nog steeds wordt gegeven op het voortgezet onderwijs, op veel scholen nog drie uur per week. Er wordt ook gebruikt gemaakt van een leeslijst die door de regering als verplicht is aangesteld.
Die boeken komen ook voor in het eindexamen, dus ze moeten gelezen worden.
Dus is het Nederlands onderwijs echt zo slecht als Martin Slagter schrijft of valt het mee? 

Ik denk dat het wel meevalt. Het Nederlands wordt nog steeds goed geleerd op scholen en het is de verantwoordelijkheid van de leerling zelf wat hij/zij daarmee doet. En wie weet, misschien is het tijdperk van de nieuwe media gekomen en horen de boeken steeds een beetje meer tot het verleden, 

maandag 17 juni 2013

Column

"Opnieuw de hel in"


Eindelijk school is voorbij. Geen lessen, geen gezeik van docenten als je weer iets niet gemaakt hebt of als je je boeken alweer bent vergeten. Nooit meer in die schoolbanken die onder de kauwgum zitten en betekenisvolle discussies over wie die knapste jongen van de school is. Was het maar zo. Het is allemaal maar een verre droom, het mag namelijk allemaal nog een keer overnieuw!

Verschillende eindexamens zijn gestolen. Het is niet duidelijk wie er allemaal "eerlijk" hun examens gemaakt hebben. Dus het geweldige nieuws voor iedereen: het "mag" (moet) overnieuw! Veel leerlingen dachten eindelijk verlost te zijn van al die uren lessen vol gepraat met "zinvolle" discussies of iets een uitzondering was op de zoveelste regel van grammatica. Iets waar je de rest van je leven niet meer naar omkijkt, maar je zou het maar nodig hebben voor je eindexamens...

Na maanden van stressen en alles leren wat je vanaf de eerste klas gehad, kwam het er allemaal op dat ene moment aan: de eindexamens. Veel leerlingen gingen er bijna aan onderdoor. Maar doordat de examens gestolen zijn, moeten ze wel overnieuw. Het zou maar "niet echt" gemaakt zijn. Dus al die leerlingen kunnen het vast nog een keer maken. Het maakt niet uit dat door de slechte beveiliging vele nog een keer al die stof, die bijna onmogelijk is allemaal te onthouden, nog een keer uit het hoofd te leren en nog een keer in die schoolbanken gaan zitten. Om weer die zenuwslopende uren een toets te maken waar je toekomst vanaf kan hangen. Maar er is tijd te kort, dus waarom laten we leerlingen niet drie toetsen per dag maken? Het kost vast niet veel meer inspanning.

Behalve dat leerlingen vakanties moeten verzetten (wat nog best veel geld kan kosten), mogen leerlingen nog een keer alles leren en weer door die hel gaan, waarin ze proberen hun best te doen en niet onder de druk proberen te bezwijken. Daarna mogen ze nog een keer wachten of ze wel geslaagd zijn. En dat allemaal door fouten in de beveiliging? Het is toch gek? Doordat scholen fouten maken, mogen scholieren de prijs betalen. Maar wie ben ik om daar iets van te zeggen? Ik maar één van de vele leerlingen die door zoiets heen kan gaan, één tussen al die andere. Dus wat maakt uit als één leerling met een "schroevendraaier" de eindexamens kan stelen en het kan uitlekken over het hele sociale network? Ik bedoel de antwoorden liggen dan recht voor je neus. Maar ja, dan mag je wel opnieuw de schoolbanken in.

Dus laten we voortaan maar de "schroevendraaier" liggen en het gewoon maar op stressen en leren houden. Want je zou maar denken dat je er makkelijk vanaf komt als je vals speelt en dan mag je ironisch gezien alles opnieuw doen, terwijl iedereen aan het genieten is van zijn leven en het na maanden van een "te lange" winter, eindelijk aan het zonnen is op het strand. En daar zit je dan in je kamer, alleen, te studeren...

woensdag 29 mei 2013

Ingezonden brief


Naar aanleiding van "WIJ WILLEN LES VAN SLIMME EN COOLE LERAREN, NIET VAN ‘ZESJES’" geschreven door Casper horsch uit het NRC handelsblad, 24 mei 2012. In dit bericht wordt geschreven dat er door een vergrijzing in het Nederlandse onderwijs, er te weinig docenten zullen zijn. Om dit tegen te gaan zouden we ons systeem moeten veranderen om hetzelfde als Finland te krijgen. Hier zijn veel docenten gerespecteerd en hoogopgeleid en krijgen ze geen belachelijk hoge salarissen met bonussen.


Ik ben het hier niet mee eens, want hoogopgeleid zijn zegt niets. Wij hebben natuurlijk goede docenten nodig die hoogopgeleid zij. Zodat zij hun leerlingen goed kunnen onderwijzen. Maar hoogopgeleid zegt niet alles over een docent. Als een docent iets niet goed kan overbrengen aan zijn leerlingen of geen orde kan houden, dan maakt het niet uit of hij als beste leerling van de klas is geslaagd of maar een “zesje” is. Kennis is altijd belangrijk en hoe meer je daarvan hebt hoe beter. Dus is het beter om ook docenten die “zesjes” zijn te hebben die wel orde kunnen houden en goed kunnen uit te leggen, zodat leerlingen wel wat leren in plaats van naar een docent die hoogopgeleid is, maar waarvan niemand begrijpt waar hij het over heeft.

De Nederlandse situatie is ook anders dan Finland. Wij kunnen het ons niet veroorloven om alleen  maar hoogopgeleiden aan te nemen, want dan zou er een te groot te kort zijn aan banen. Alleen hoogopgeleiden aannemen sluit te veel mensen buiten waardoor er straks lessen kunnen zijn zonder een docent. Maar door de strenge eisen worden ook veel leerlingen afgeschrikt om docent te worden waardoor je alleen maar een groter tekort creëert.

Door het te grote tekort aan docenten moeten we het niet zoals Finland doen en alleen maar hoogopgeleiden aannemen dat vergroot het tekort aan docenten alleen maar. Maar we kunnen wel kijken of we de opleidingen van docenten kunnen verbeteren met een betere basis in het lesgeven zelf en docenten motiveren om van “zesjes” naar “zevens” en “achten” te gaan.

dinsdag 14 mei 2013

Interview


Conny F. is een research verpleegkundige in het ziekenhuis het Sint-Antonius. Om wat meer over haar en haar werk te weten te komen, heeft ze een aantal vragen beantwoord.



Wat houdt uw werk precies in?

Ik ben een research verpleegkundige voor de cardiologie, de hartafdeling. Ik doe daar vooral studies naar nieuwe medicijnen en behandelingen en protocollen lezen, dat zijn een soort werkwijzers voor de studies. Daarnaast benader ik patiënten, informeer ik hun over de studies en hou ik contact met de patiënten. Ik moet ook aanwezig zijn bij de procedures om te kijken of alles goed gaat.

Krijgt u ook goede resultaten?

Dat verschilt. Veel studies duren jaren en sommige stoppen alleen omdat er een x-aantal patiënten nodig is of omdat een bepaalde eindpunten behaald zijn. Dan wordt er gekeken naar de resultaten of ze negatief of positief zijn. Soms is het beter gelukt dan andere.

Heeft u plezier in uw werk?

Ja, ik zit in een leuk team van collega’s. het is ook erg afwisselend, zodat het nooit saai wordt. Vroeger was ik een CCU-verpleegkundige, dat is verpleegkundige die op de hartafdeling werkt. Wat ik nu doe is nog steeds mijn vakgebied, wat het alleen maar leuker maakt.

Waarom wilde u dit werk doen?

Van kleins af aan wilde ik al een verpleegkundige worden en nooit iets anders. Maar door lichamelijke omstandigheden was ik niet in staat om op de werkvloer te staan, dus ben ik naar de research gegaan. Ik heb er nog steeds geen spijt van.

heeft u dingen waar u ontevreden over bent?

Niet echt, het is heel druk nu. Waardoor het lastiger is om al het werk uit te voeren in de tijd die ik werk, maar dat hoort erbij.

Wat maakt uw werk zo bijzonder?

Het is bijzonder omdat je bij de ontwikkeling van een nieuwe behandeling bent, die levens makkelijker kan maken en redden. Het is ook een uitdaging omdat je met heel veel mensen samenwerkt die van allemaal verschillende afdelingen zijn. Daarnaast moet alles ook nog in het Engels.

Wilt u misschien nog iets anders doen?

Nee, ik denk het niet. Ik ben tevreden met mijn huidige baan zoals die is. Maar als ik zou moeten kiezen voor wat ik zou willen doen, dan zou ik forensisch onderzoeker willen worden. Maar dat is waarschijnlijk slechts een droom.


geschreven door: Danique Feirabend

dinsdag 12 februari 2013

Betoog

Maak ontwikkelingslanden geen slachtoffer

Er mag niet gekort worden op ontwikkelingssamenwerking.

Er mag niet worden gekort op ontwikkelingssamenwerking. Tegenwoordig wordt er steeds minder uitgegeven aan ontwikkelingshulp door de overheid. Begin 2010 werd er afgesproken dat de regering het budget voor ontwikkelingssamenwerking langzaam zou worden afgebouwd van 0.8% naar 0.7% van het Bruto Nationaal Product. Dat betekend dat er van elke 100 euro die de overheid binnen krijgt 70 in plaats van 80 cent gaat naar ontwikkelingssamenwerking. In 2013 is er ruim 4,3 miljard uitgegeven aan ontwikkelingssamenwerking. Dit is echter maar 0,68% van het BNP.

Vooruit gang van onze eigen economie

Vaak wanneer er geld wordt geschonken aan een ontwikkelingsland vraagt het donorland hier wel wat voor terug. Zo is het vaak een voorwaarde dat het geld in het donorland wordt uitgegeven. Hierdoor gaat het donorland dus ook vooruit op ontwikkelingssamenwerking. Een tweede manier waardoor de economie van Nederland vooruit kan gaan op ontwikkelingssamenwerking is doordat mensen in ontwikkelingslanden beter geschoold worden en er microkrediet beschikbaar is. Hierdoor hebben mensen de kennis en het geld om een bedrijf op te zetten. Doordat er dus meer bedrijven worden opgezet zal de economie van het ontwikkelingsland beter worden. Als dat is gebeurd kan Nederland handel gaan drijven met dat land. Op die manier creëer je een positieve vicieuze cirkel, waarin beide economieën vooruit zullen blijven gaan. Dit is dus een belangrijke reden om niet te korten op ontwikkelingssamenwerking.

Artikel 25

Elk mens heeft recht op een bepaald leefinkomen om voldoende voedsel en andere noodzakelijkheden te kopen. In de Universele rechten van de mens in artikel 25 staat dit vastgelegd. Maar niet iedereen heeft ook genoeg om rond te komen. Er zijn veel ontwikkelingslanden en landen waar oorlog is, waar veel mensen maar met een paar euro per dag leven. Terwijl er bijvoorbeeld aan de andere kant van de stad mensen eten gewoon weggooien, omdat ze er geen zin in hadden. Dit is oneerlijk en mensen hoeven niet allemaal even veel te verdienen. Maar het is erg dat mensen in weelde leven terwijl er mensen zonder genoeg geld naast elkaar leven zonder dat er wat aangedaan word.  Dus omdat mensen onvoldoende leef inkomen hebben, maar daar wel recht op hebben, moet ontwikkelingshulp blijven.

Het helpt

Het aantal sterfgevallen door makkelijke voorkombare oorzaken wordt minder. Per jaar sterven er in ontwikkelingslanden veel mensen onnodig, vaak omdat ze niet de juiste zorg krijgen of geen eten hadden. Gelukkig loopt het aantal onnodige doden jaarlijks terug, dankzij ontwikkelingshulp. Maar helaas zijn er vaak door gebrek aan geld geen goede middelen beschikbaar voor dokters. Daar komt ook nog bij dat er niet altijd genoeg dokters zijn. Maar door ontwikkelingshulp kunnen er betere materialen worden aangeschaft en betere opleiding worden gegeven. En door meer geld kunnen ook meer mensen tot dokter geschoold worden.Door deze verbeteringen sterven er minder mensen en daarom moet ontwikkelingshulp dus blijven.

Verspilling

Sommige mensen zijn van mening dat ontwikkelingshulp geld verspilling is, omdat er in veel ontwikkelingslanden corrupte regeringen zijn. Zij denken dat het geld dat wordt gegeven aan deze landen niet bij de mensen komt waarvoor het bedoelt is. Omdat de regering het geld voor zichzelf houdt. Waardoor we eigenlijk alleen maar geld geven aan de regering die het voor verkeerde zaken gebruikt zoals wapens maken of dat ze het geld in hun eigen zakken steken. Zij denken dus dat geld niet terecht komt bij de armen, maar bij de rijke regeringsleiders. Maar als we helemaal geen geld geven komt er in ieder geval niets bij die mensen terecht. Als we geld geven aan goede doelen die bijvoorbeeld van een microcredit gebruik maken, komt het geld wel bij de juiste mensen terecht. We moeten dus wel opletten aan wie we het geld gegeven en hoe zij dat besteden. Maar als we ons geld goed besteden is dit geen verspilling en komt het wel bij de juiste mensen terecht. Daarom moet ontwikkelingshulp blijven.

Ik ben dus tot de conclusie gekomen dat er niet gekort mag worden op ontwikkelingshulp, want ook al kost het veel geld, het helpt wel echt. Voorlopig zal er nog wel ontwikkelingshulp nodig blijven, maar de situatie in deze landen verbeterd hierdoor wel echt. Er sterven namelijk minder mensen. Ook verbeteren we op de lange termijn onze eigen economie met ontwikkelingshulp. Dus als we geld blijven geven en ook wat gerichter, zodat het geld komt waar het nodig is, hoeven er steeds minder mensen te lijden of te sterven omdat ze te arm zijn of hulpbehoevend zijn en zal onze eigen economie er ook op vooruit gaan

donderdag 7 februari 2013

Klachtenbrief

M. Woudstra
Oude Gracht 31
2011 GL Haarlem

D. Feirabend
Kerkstraat 46A
4248 FE Utrecht
0643-846236
danique.feirabend@gmail.nl


Gorinchem, 7 januari 2013


Betreft: geld terug vanwege kapotte schaatsen


Geachte meneer Woudstra,

Naar aanleiding van de schaatsen die ik in oktober besteld heb het volgende:

In oktober 2012 heb ik schaatsen besteld bij uw winkel. De schaatsen waren toen afgeprijsd tot honderd euro. Maar toen ik in november naar mijn schaatsen ging navragen, bleek dat mijn bestelling was vergeten. Helaas waren dezelfde schaatsen allemaal uitverkocht en heb ik naar een ander paar schaatsen moeten zoeken. Ik heb mijn oog uiteindelijk laten vallen op schaatsen van het merk Kootstra die honderdvijfentwintig euro waren. Toen weigerde de verkoper hem met korting te verkopen. Maar later toen ik ze voor de eerste keer mee ging trainen, ging de veterbevestiging van mijn linkerschaats kapot.

Als compensatie heb ik een tegoedbon gekregen die ik binnen twee maanden moet uitgeven. Maar door alle problemen die ik heb ervaren bij uw winkel, wil ik niet nog een paar schaatsen kopen bij u. Daarom zou ik graag mijn geld terugkrijgen. Ik zou graag mijn geld terug willen hebben voor het einde van deze maand. Ik hoop dat ik uw antwoord binnen nu en twee weken kan verwachten.

Ik dank u alvast voor uw hopelijk spoedig antwoord.

Met vriendelijke groet,


Handtekening


D. Feirabend

dinsdag 8 januari 2013

De kerstkermis
Een actie voor het goede doel

Donderdag 20 december 2012 werd de kerstkermis voor het goede doel gehouden op het gymnasium Camphusianum in Gorinchem. Het goede doel was Serious Request.Het duurde van half één tot twee uur ’s middags en het werd gehouden door de hele school door.

Activiteiten
Er waren veel en ook diverse activiteiten te doen. Zo kon je in de gymzaal balletje trappen, kijken wie het meest scoort in vijf minuten zowel met voetbal als met korfbal. In de aula werd er muziek gedraaid en kon je er een wedstrijdje hoelahoepen doen. Verder waren er bij de kantine verschillende lekkernijen te vinden, zoals wafels, oliebollen en cupecakes. Daarnaast kon je ook nog je toekomst laten voorspellen, boeken kopen en spelen met een levende fruitmachine. Maar voor degene die echt geen zin hadden om geld uit te geven, konden die rustig in de aula zitten en kijken naar de hoelahoep wedstrijd of ergens anders gaan zitten en zichzelf vermaken tot twee uur ’s middags.

Opgesloten?!
Het duurde van half één tot twee uur, maar er waren natuurlijk een paar mensen, die eerder weg wilden en dat ook probeerden. Maar daar was de school, helaas voor hen, goed op voorbereid. De fietsenkelder hadden ze afgesloten door de rolluiken naar beneden te halen. Daarnaast hadden ze ook de rest van de uitgangen kunstig afgesloten door er tafels en activiteiten er voor te zetten. Bijvoorbeeld beneden bij de gymzaal waar je muntjes kon gooien, daar hadden ze de tafel met de activiteit zo neergezet dat je er niet meer langs kon. En hadden ze sommige deuren ook gewoon op slot gezet. Maar het best beveiligt was de voordeur. Ze hadden namelijk twee conciërges neergezet als professionele bodyguards, waardoor iedereen toch moest wachten tot het twee uur was.

Aan het eind van de dag vond iedereen dat het een geslaagde dag was. Omdat niet alleen iedereen plezier had, maar er ook veel geld werd opgehaald voor het goede doel. Het is nog niet bekend voor welk goed doel ze er volgende keer geld gaan ophalen.